Het college presenteert een begroting die in ieder geval voor 2014 financieel sluitend is. Wij willen onze waardering daarvoor uitspreken, maar realiseren ons tegelijkertijd dat het een fragiel evenwicht is. Zowel in Den Haag als in Aalburg bestaan nog veel onzekerheden waardoor alles in het voorjaar van 2014 weer anders kan zijn. Een nieuwe raad en een nieuw college zullen in ieder geval voor grote uitdagingen komen te staan. Mede in dat licht kunnen wij ook instemmen met de omschrijving “beleidsluwe begroting”. Zorgvuldige afhandeling van lopende projecten en de komende decentralisaties zorgen voor meer dan voldoende werklast om de resterende tijd te vullen. Een nieuwe raad heeft dan alle vrijheid om zelfstandig nieuw beleid te formuleren.
Mede gezien die volle agenda vinden wij het volstrekt onbegrijpelijk dat het college en de organisatie op dit moment ook nog eens worden opgezadeld met een onderzoek naar het takenpakket van de gemeente. In plaats van samen met de provincie en de beide andere gemeenten in het land van Heusden en Altena te zoeken naar structurele oplossingen, wordt energie verspild aan navelstaren in het kader van het flexibel netwerkmodel.
De vier in het raadsvoorstel genoemde strategische beleidslijnen vormen een goed overzicht van het voorgenomen beleid voor 2014 en die zullen wij dan ook hanteren bij onze reacties. Vanuit onze optiek willen we er nog een vijfde aan toe voegen.
Sociale gemeente
De decentralisaties op het gebied van Jeugdzorg, AWBZ en arbeidsparticipatie zijn inhoudelijk nog steeds onderwerp van discussie. Zo is nog steeds onzeker welke vormen van zorg door de gemeente geleverd moeten gaan worden. Duidelijk is wel dat de bijbehorende “efficiency kortingen” voor de nodige spanning zullen zorgen. Die spanning mag wat ons betreft nooit leiden tot schrijnende situaties in de ondersteuning van de kwetsbaren in onze samenleving. Als er keuzes gemaakt moeten worden zal daar altijd onze prioriteit liggen.
Een intensivering van het armoedebeleid is ook in Aalburg helaas een noodzaak. Samen doen betekent ook verantwoordelijkheid nemen om iedereen mee te laten doen in de samenleving. Wij vragen daarbij speciale inzet van het college om een zo hoog mogelijk percentage van de doelgroep te bereiken, om zodoende stille armoede zoveel mogelijk te voorkomen.
Een andere vraag is of de voorziene beoordeling en eventuele aanpassing van het armoedebeleid samen met andere gemeenten wordt opgepakt.
Besparingen in het kader van de WMO mogen niet ten koste gaan van de kwaliteit. Zorgbehoevenden hebben recht op deskundige en gekwalificeerde hulp. De oplossing voor besparingen kan wat ons betreft dan ook niet worden gezocht in lagere kwalificatie-eisen die we aan zorgverleners stellen. En bij de inkoop van zorg moet er op worden toegezien dat betrokken organisaties niet alleen gezonde tarieven hanteren voor de gemeente, maar ook gezonde arbeidsvoorwaarden hanteren voor hun werknemers. Ook dat hoort bij het begrip “sociale gemeente”.
Een sociale gemeente neemt ook verantwoordelijk voor de jeugd. Het Aalburgse jeugdbeleid lijkt nog uitsluitend uit wettelijk verplichte onderdelen te bestaan. EFS is ook voor ons geen doel op zich, maar slechts een van de middelen binnen het jeugdbeleid. Als dat middel niet langer effectief blijkt, moeten we naar andere middelen zoeken. Zo kan bijvoorbeeld een intensivering van het straathoekwerk veel problemen voorkomen.
Overheidsparticipatie
Wij kunnen de doelstellingen bij dit onderwerp onderschrijven. Ook de PvdA is graag bereid om inwoners meer te betrekken bij beleidsvorming en uitvoering. Wij maken ons echter wel zorgen over het verwachtingspatroon van de gemeente waar het gaat om gedeelde verantwoordelijkheid en burgerparticipatie. Vanuit de decentralisaties en met name vanuit de WMO wordt immers ook al een stijgend beroep gedaan op de inzet van vrijwilligers en mantelzorgers. Gevoegd bij het feit dat er al heel veel inzet is op allerlei gebied, rijst de vraag hoeveel rek hier nog in zit. Overvragen van vrijwilligers en mantelzorgers leidt tot averechtse effecten. Wij hebben vorig jaar al aangegeven dat wij een financiële opbrengst in het kader van gedeelde verantwoordelijkheid voorlopig niet realistisch vinden en zijn dan ook blij dat die uit deze begroting is verdwenen.
Duurzame gemeente
Het begrip “duurzaam” kan aan vrijwel alle beleidsterreinen worden gekoppeld. Wat ons betreft mag dat niet vrijblijvend zijn en moet er inhoud aan worden gegeven. Niet alleen als het om investeringen gaat in zaken als milieu en energie, maar ook in een bredere betekenis. Duurzaamheid houdt niet op bij de gemeentegrens en dwingt ons om daar overheen te kijken. Een goed voorbeeld is onze deelname aan de “Millenniumgemeente”. De door ons destijds gekozen doelen hebben niet alleen een relatie met “Sociale gemeente”, maar zeker ook met duurzaamheid:
1. “Alle jongens en meisjes gaan naar school”
2. “Er leven meer mensen in een duurzaam leefmilieu”
3. “Er is meer eerlijke handel, schuldverlichting en hulp”
Met respect voor de inzet van de werkgroep mag er wat ons betreft wel wat meer betrokkenheid van ons als gemeente worden getoond, ook in een tijd waarin we zelf met economische problemen kampen. Een verhoging van het budget, bijvoorbeeld in de vorm van activiteiten in EFS, lijkt ons zinvol bij het waarmaken van de gestelde doelen.
Ondernemerschap
Het relatief grote aantal ZZP’ers in Aalburg duidt op een goede ondernemingsgeest maar betekent ook een risico voor de gemeente. Veel ZZP’ers ondervinden problemen door de crisis en door de fiscale maatregelen van de rijksoverheid. In sommige gevallen kan dat betekenen dat de gevolgen voor rekening van de gemeente komen. Ondernemerschap is in de eerste plaats een zaak van de ondernemer zelf, maar met goede voorlichting en het faciliteren van bijvoorbeeld netwerk bijeenkomsten kan de gemeente wel een bijdrage leveren.
Het zoeken naar draagvlak voor breedband vinden wij een verantwoorde investering. Niet alleen voor ondernemers, maar ook voor onze gehele sociaal-maatschappelijke infrastructuur is dit een belangrijke ontwikkeling.
Een sportieve en culturele gemeente.
Sport speelt een belangrijke rol bij het welzijn en de gezondheid van onze inwoners. Als gemeente hebben wij dan ook een zorgplicht als het gaat om voldoende aanbod van mogelijkheden. Sporthallen zwembaden en voetbalvelden zijn echter, behalve zinvolle, ook kostbare voorzieningen. Een zorgvuldige afweging en verdeling van de middelen is daarbij geboden. Zoals wij bij het onderwerp “sociale gemeente” al hebben aangegeven ligt onze prioriteit bij de hulp en ondersteuning aan kwetsbare groepen in onze samenleving. Maar dat betekent niet dat wij het belang van sport onderschatten. Wij zijn voorstander van het verplaatsen van de buitendijkse voetbalvelden, maar voorlopig lijkt dit financieel niet haalbaar.
Een fusie tussen Noad en Wilhelmina hoeft wat ons betreft echter niet aan gelijktijdige verplaatsing te worden gekoppeld, het zou ook nu al kunnen. Beide accommodaties liggen op korte afstand van elkaar en als één vereniging kan er efficiënter gebruik van worden gemaakt. Uiteraard is het aan de verenigingen zelf of dit een reële optie is.
Investeringen in de huidige velden zijn niet in deze begroting opgenomen, wel is geld beschikbaar voor onderzoek naar de mogelijkheden. De uitkomsten daarvan zullen zorgvuldig moeten worden beoordeeld.
Bij de besteding van schaarse middelen dienen ook andere sporten te worden betrokken. Zo vinden wij de oproep van Altena Road Runners voor een atletiekbaan in de regio zeer legitiem. Wij doen dan ook een oproep aan alle drie gemeenten om zorgvuldig naar de mogelijkheden te kijken.
Op cultureel gebied is het aanbod in Aalburg nog steeds mager en voorkomen moet worden dat het nog verder verschraalt. Ondanks de digitalisering blijven wij voorstander van drie volwaardige bibliotheek vestigingen in het Land van Heusden en Altena.
Tot slot
Aalburg wil zich graag profileren als een gemeente waar ondernemers de ruimte krijgen, maar geeft zelf helaas een slecht voorbeeld van ondernemerschap. In plaats van krachten bundelen wordt aan versnippering gedaan en een lange termijn visie ontbreekt. De zelfstandigheid die met het flexibel netwerkmodel wordt nagestreefd is een gefingeerde werkelijkheid. Democratische besluitvorming wordt uit handen gegeven aan partijen waar wij als kleine gemeente weinig invloed op zullen hebben. Ook de controlerende taak van de raad wordt daarmee een loze formaliteit.
Het “Flexibel Netwerkmodel” is hetzelfde als een brood snijden met een aardappelschilmesje: het werkt niet en je houdt alleen maar kruimels over.
Namens Partij van de Arbeid – Aalburg
Kees de Waal.