Logo van Progressief Altena

Samen kom je verder!

[maxmegamenu location=max_mega_menu_1]

Kerstgedachte

Gepubliceerd: 25 december 2013

December.  Een donkere maand, maar ook met de lichtpuntjes van het midwinter- en kerstfeest. Verbonden met het laatste is het christendom en daarmee de kerk. Niet meteen een bron van inspiratie voor de sociaal-democratie, of toch wel?  Als je naar de huidige leider van de katholieke kerk kijkt, wat mij betreft wel.  Het onderstaande is naast op eigen waarneming gebaseerd op een artikel van Bert Ummelen (Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau voor de sociaaldemocratie) en met name op  een artikel in NRC Next (12-12-2013) van Leonard Pfeiffer.

Paus Johannes Paulus II

‘De laatste sociaaldemocraat’ noemde econoom Louis Emmerij ooit paus Johannes Paulus II (1920-2005). Het historische beeld is dat van een kerkleider die meehielp het Sovjetrijk over de rand van zijn graf te duwen. De Poolse paus moest niets hebben van het ‘reëel bestaande socialisme’, maar dat de ondergang ervan ‘het kapitalisme als enig model van economische ordening zou overlaten’ stond hem niet aan. De crisis van het marxisme haalt niet de situaties van onrechtvaardigheid en onderdrukking uit de wereld, waarschuwde hij in zijn negende encycliek ‘Centesimus annus’. Die titel riep in herinnering dat honderd jaar eerder de beroemde encycliek ‘Rerum novarum’ was verschenen, waarin de grondslag van de katholieke sociale leer werd gelegd. Die heeft, niet in de laatste plaats door het gebruik dat kerk en gelieerde politici ervan maakten, altijd de geur van een antisocialistisch document gehad. Maar precies die geur haalde Johannes Paulus II er vanaf. Hij hermobiliseerde de tekst als het ware, nu de andere kant op: tegen een kapitalisme waarin het marktprincipe en het maken van winst de hoogste en beslissende waarden van de samenleving zijn.

Paus Franciscus

Een krachtige echo klinkt in de eerste pauselijke brief van paus Franciscus, die sinds maart 2013 aangetreden is. Over de ‘tirannie van de markt’ schrijft hij in zijn exhortatio ‘Gaudium evangelii’. Wie niet mee kan komen wordt uitgesloten. Net als zijn voorganger in het Petrusambt ziet hij het als taak van de overheid om marktwerking en winststreven te breidelen. En als dat geen woord met muntwaarde uit het sociaaldemocratische lexicon is! Paus Franciscus is gekozen tot ‘Persoon van het Jaar’ door weekblad Time. Dat deze man paus werd, verbaasde menig Vaticaan-kenner. Nog verrassender dan die keuze was de manier waarop de nieuwe paus zich aan het publiek presenteerde. Hij verscheen op het balkon in een simpel wit gewaad, zonder de opsmuk van zijn nieuwe waardigheid. Hij glimlachte en sprak de menigte aan met een ontwapenend ‘buona sera’. De eerste indruk die hij achterliet op de wereld was verpletterend. Daar stond geen kerkvorst, geen nieuwe leider van een tweeduizend jaar oude institutie, daar stond een sympathieke man die zijn gewoonheid benadrukte in plaats van zijn belangrijkheid.

‘Stinken naar je kudde’

In de korte tijd dat Franciscus paus is, is hij keer op keer blijven verbazen met zijn bescheidenheid, zijn nederigheid en zijn aandacht voor slachtoffers van armoede en anderszins minder bedeelden. Hij heeft geweigerd zijn intrek te nemen in de pauselijke residentie. Hij woont, tot op de dag van vandaag, in het simpele gastenverblijf waar hij was ondergebracht tijdens het conclaaf. Medewerkers van het Vaticaan komen hem gewoon tegen in de lift. Hij draagt nooit dure gewaden die hij eigenlijk uit hoofde van zijn functie zou moeten dragen. Hij presenteert zich nooit als paus, maar noemt zichzelf consequent bisschop van Rome, om te benadrukken dat hij slechts één van velen is. Bij verschillende gelegenheden heeft hij benadrukt dat de kerk er moet zijn voor behoeftigen. Tegen nieuw gewijde bisschoppen zei hij: ‘Ik wil herders die stinken naar hun kudde.’ En de paus liet zelf zien hoe dat moet. Stinken naar je kudde. In de menigte op het plein van Sint Pieter omhelsde hij langdurig een kwijlende, mismaakte en zwaar gehandicapte man.

Moedig

‘Ik wil een arme kerk’, zegt paus Franciscus, ‘en een kerk die er is voor de armen.’ Hij geeft zelf het goede voorbeeld. Hij gaat ’s nachts, verkleed als een gewone priester Rome in om aalmoezen uit te delen. Niet voor het oog van de camera’s, maar stiekem. Het is zo ongeveer een oorlogsverklaring aan de grote, machtige instituten binnen het Vaticaan, waar astronomische geldbedragen rondgaan. De katholieke kerk is een multinational, de grootste vastgoedeigenaar ter wereld. De Bank van het Vaticaan, die zich grotendeels onttrekt aan de controle van de Italiaanse staat of van de Europese Centrale Bank, heeft aanzienlijk grotere belangen dan zij officieel toegeeft. Dat zij intensief wordt gebruikt door de maffia is niet bewezen. Maar het zou raar zijn als dat niet zo was. Dat de paus met zijn eerste besluit op zijn eerste werkdag de leiding van de bank ontsloeg, was dan ook een niet mis te verstaan gebaar dat getuigt van grote moed.

Lampedusa

Zijn eerste reis was naar het eiland Lampedusa om de voeten te wassen van de daar aangespoelde bootvluchtelingen. Hij hield een indrukwekkende preek, waarin hij waarschuwde voor de ‘globalisering van onverschilligheid’. Schitterend gezegd. En het was weinig minder dan een provocatie. Terwijl politici met rode hoofden ruzieden over de manier waarop het immigratieprobleem zou kunnen worden opgelost en hoe die Afrikanen zouden kunnen worden tegengehouden, omarmde paus Franciscus het probleem en liet hij zien dat die Afrikanen mensen zijn en niets minder dan hijzelf.

Met het instituut kerk ben ik opgegroeid. Op de kleuterschool bij de nonnen was ik onder de indruk van de pracht en praal in de katholieke kerk van Sint Nicolaasga (Friesland), veel mooier dan de sobere hervormde versie waar mijn ouders kerkten. Mijn kerkgang beperkt zich nu tot enkele malen per jaar, vaak als ik op bezoek ben bij mijn ouders. Mijn herinneringen aan de nonnen zijn me dierbaar; de paus riep eerder een gevoel van aversie dan affectie op. Tot deze paus. Een inspirerende man die iets kan betekenen voor de wereld.  Naar het voorbeeld van Jezus. Hij ging naar de mensen toe en hielp ze dan. Dat vind ik een kerstgedachte die niet alleen voor christenen inspirerend is, maar  universeel en motiverend voor het hele jaar.

Voor het nieuwe jaar wens ik u en de uwen ‘folle lok en seine’!

Paula Jorritsma, voorzitter Progressief Altena

Deel dit artikel op: