Logo van Progressief Altena

Samen kom je verder!

[maxmegamenu location=max_mega_menu_1]

Manifest Marli Huijer, Denkeres des Vaderlands, gepubliceerd in Trouw

Gepubliceerd: 4 april 2016

Europa is in de greep van de angst. Angst voor onoverzichtelijke massa’s vluchtelingen die op Europa afkomen. Om de angst te bezweren keert Europa zich in een samentrekkende beweging naar binnen. Politici en burgers halen opgelucht adem nu besloten is de buitengrenzen van Europa beter te bewaken en vluchtelingen over de Middellandse zee terug te sturen. Het hoogste doel, zo min mogelijk vreemdelingen toelaten op Europees grondgebied toelaten, lijkt bereikt.

De prijs van de ongastvrije houding ten opzichte van vluchtelingen is echter dat de open samenleving wordt ingeruild voor een gesloten samenleving, die haaks staat op de Europese idealen.
De Europese open samenleving
De geschiedenis van Europa laat zien dat niet de gesloten samenleving, maar de open samenleving de grootste kans op vrede en welvaart biedt. Al bij de oude Grieken verdwenen geleidelijk de gesloten stammen, met hun starre tradities en sociale gebruiken. De open samenleving, met haar nadruk op persoonlijke verantwoordelijkheid, nam een eerste aanvang. De angst voor het vreemde werd verruild voor openheid naar de wereld.

Vanuit die open houding naar de buitenwereld maakten Europeanen eeuwenlang vrijelijk gebruik van de wereld. Alleen al tussen 1500 en 1900 verlieten bijna veertig miljoen Europeanen het continent om zich elders te vestigen, zo laat recent onderzoek van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis zien. In de twintigste eeuw vertrokken meer dan 43 miljoen Europeanen, al dan niet gedwongen, naar andere continenten. Gemiddeld bijna een half miljoen emigranten per jaar. Tot halverwege de twintigste eeuw kwamen daar vrijwel geen immigranten voor terug. Pas na 1960 slaat de verhouding tussen emigratie en immigratie om.

Grenzen verleggen
Dat Europeanen niet aan grenzen hechten, althans wat henzelf betreft, blijkt ook uit de geleidelijke verlegging van de gemeenschapsgrenzen. In de middeleeuwen werden steden begrensd door een stenen wal die de inwoners tegen vijandelijkheden van andere steden beschermde. Met de afname van geweld en de toename van beschaving werden die stadsgrenzen overbodig.

In plaats daarvan ontstonden landsgrenzen, die burgers moesten beschermen tegen het geweld van andere staten. Maar na de Tweede Wereldoorlog werden ook die grenzen overbodig toen landen in staat bleken om afspraken te maken in plaats van oorlog te voeren. Sociale, morele en juridische grenzen vervingen de materiële grenzen. De Europese binnengrenzen werden geopend en de begrenzing werd naar de buitenranden van het continent verplaatst. Die centrifugale grensverleggingen gingen gepaard met een ongekende toename van welvaart en vrede binnen de grenzen.
Angst is een slechte raadgever, en de angst voor angst een nog veel slechtere
Een hernieuwde openheid
Een logische volgende stap zou een wereldwijd samenwerkingsverband tussen landen of tussen steden kunnen zijn. De Duitse filosoof Immanuel Kant pleitte ten tijde van de Franse revolutie voor zo’n samenwerking tussen landen, omdat deze de beste kansen op duurzame vrede biedt. Landen bestrijden elkaar niet langer, maar maken afspraken waar ze zich wederzijds aan houden.

Of zo’n samenwerking realistisch is, valt te betwijfelen. Toch is het als politiek ideaal van belang. Niet vanwege het verre toekomstperspectief dat het schetst, maar vanwege de concrete betekenis voor het hier en nu. Het gaat niet om een utopisch ideaal, maar om een idee dat een directe politieke vertaling kan hebben. Volgens Kant hebben vreemdelingen bijvoorbeeld recht op gastvrijheid. Dat betekent dat zij op zijn minst tijdelijk welkom zijn, dat zij de mogelijkheid krijgen om contact te maken met de bewoners en dat zij niet mogen worden uitgewezen als dat tot hun ondergang kan leiden.

Vertaald naar ons: voorkom dat mensen maandenlang verblijven in vluchtelingenkampen die ver verwijderd zijn van de dorpen en steden waar burgers het leven met elkaar delen. Spreek niet alleen in aantallen. Vermijd de valse tegenstelling tussen gastvrijheid en veiligheid, of tussen rechtvaardigheid en welvaart. Stel jezelf niet de vraag: hoe houden we vluchtelingen buiten de deur? Maar: hoe kunnen we goed met vluchtelingen omgaan?

Een open samenleving is geen vanzelfsprekendheid – die vraagt om tolerantie, moed en nieuwsgierigheid. Dat geldt niet alleen voor politici en bestuurders, maar ook voor opinieleiders, journalisten en schrijvers van maand-van-de-filosofie-essays. Het succes van Wilders, Le Pen of Petry laat zien dat het draagvlak voor een politiek van openheid afneemt. Er is inderdaad angst. Maar dat betekent niet dat we daarom onze idealen opzij moeten zetten. Angst is een slechte raadgever, en de angst voor angst een nog veel slechtere. We moeten ons opnieuw laten leiden door een ethiek van openheid.

Deel dit artikel op: